Het landgoed Clingendael in Den Haag kent een rijke geschiedenis met de stichting van een bescheiden landgoed in de 17e eeuw in een Hollands-classicistische stijl, de omvorming ervan tot een flamboyante Frans-classicistische tuin en de door o.a. J.D. Zocher en L.A. Springer aangelegde huidige landschappelijke tuin naar Engels voorbeeld. De ontwikkelingsgeschiedenis is in de huidige staat van het landgoed nog goed herkenbaar. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het landgoed de residentie van de Duitse Rijkscommissaris Seyss-Inquart en werden een aantal bouwwerken toegevoegd waaronder het begin jaren ‘40 gebouwde wachthuisje aan de oprijlaan van het landgoed. Het wachthuisje wordt gekenmerkt door een traditionele, aan de Stuttgarter Schule ontleende, vormgeving die goed aansloot bij de door de bezetter veel gehanteerde ‘camouflage-architectuur’, bedoeld om Duitse nederzettingen voor geallieerde vliegtuigen te maskeren. In opdracht van de gemeente Den Haag heeft OOM een bouwhistorische verkenning en een stratigrafisch kleuronderzoek uitgevoerd dat als ondersteuning diende voor het verbouwingsplan van het wachthuisje tot sanitaire ruimte.